Als voetganger

Je bent een stuk veiliger op straat wanneer je rekening houdt met volgende tips:

• draag overdag kledij met felle kleuren;
• in lichtgekleurde kledij val je bij deze mindere weersomstandigheden meer op;
• draag kledij waarin reflecterende elementen zijn ingewerkt. Zo ben je zeker dat je in het donker al van ver gezien wordt;
• extra reflecterende accessoires zijn in het donker een aanrader, zeker wanneer je een gewone jas draagt.

Als fietser

Voor fietsers gelden dezelfde kledingtips als voor voetgangers. Daarnaast heeft je fiets veel mogelijkheden om op te vallen, als je tenminste de juiste uitrusting voorziet:

• een witte reflector vooraan;
• een rode reflector achteraan;
• gele of oranje reflectoren op de pedalen;
• dubbelzijdige oranje of gele reflectoren op de spaken of een witte reflecterende strook aan weerszijden van elke band;
• ‘s nachts of wanneer de zichtbaarheid minder dan ongeveer 200 meter bedraagt; 
  • een wit of geel licht vooraan;
  • een rood licht achteraan. 

Knipperende verlichting mag, maar onderzoek wijst uit dat knipperende fietslichten de richtings- en snelheidsinschatting voor het andere verkeer bemoeilijken. Beter is dus een continue brandend licht.

Vanaf wanneer moet je fietsverlichting gebruiken

Tussen valavond en zonsopgang of in alle omstandigheden wanneer het onmogelijk is om duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 meter, moet je vooraan en achteraan een vast licht of knipperlicht gebruiken. De lichten mag je zowel op de fiets als op jezelf bevestigen.

Wat is een reglementair rood achterlicht?

Het achterlicht moet ‘s nachts, bij helder weer, zichtbaar zijn van op een afstand van minimum 100 meter.

Een belangrijke extra 

Met de fiets rijden met een smartphone in de hand is een groot risico voor de verkeersveiligheid en daarom verboden. Doe je het toch, dan riskeer je een boete van 116 euro.